Maar de zon is nog op…
Maar de zon is nog op…
In deze muziek kun je wel vijf verschillende talen horen. Zoals Arabisch in combinatie met een Bulgaars volksliedje, of Spaans dat wordt gesproken in een gedicht tijdens het Latijnse Salve Regina. Of Bob Dylan en Joni Mitchell die in het Engels voorbij komen terwijl bij Nick Cave iemands haar in de war raakt en een merel hard aan het fluiten is in het Nederlands.
Dat allemaal tegelijk en dwars door elkaar heen.
Appels en peren zou je zeggen, piep-knor-eigentijdse-muziek, weg ermee!
Maar gek genoeg botsen al die verschillende dingen hier niet en hebben ze ook geen last van elkaar. Integendeel: er klinkt een duidelijke en hopelijk voor iedereen begrijpelijke muziek, helemaal geen piep-knor.
De compositie ‘Maar de zon is nog op...’ is er uiteindelijk gekomen door de verschillende onderdelen van hierboven op de voor mij juiste manier samen te voegen, en op de voor mij goede plek te zetten.
Hoe heb ik het gemaakt?
Ik heb, nog voordat ik iets op papier ging zetten, geluidsfragmenten (samples) opgenomen van een aantal mensen uit het koor: dingen die ze gewoon mooi vonden om te zingen, of een liedje waar ze als kind van genoten, of iets dat ze misschien op de fiets neurieden of zongen onder de douche – iets wat bij hen de liefde voor zingen heeft wakker gemaakt en ze bij een koor heeft doen belanden.
Al die verschillende samples heb ik als puzzelstukjes samengevoegd en geordend, en ik heb er net zo lang mee geschoven en aan geschaafd totdat uiteindelijk de veelkleurige compositie ontstond die ik ook als geheel mooi vind. En die heb ik tenslotte weer uitgeschreven in een partituur.
De rode draad in deze muziek is een Spaans gedicht dat gaat over stilte. Een stilte die steeds weer doorbroken wordt door steeds weer andere noten, noten die steeds weer verstillen in steeds weer andere stiltes. En er is een tweede rode draad van een kinderliedje waarin een kind vol energie nog helemaal niet toe is aan de stilte van de nacht...
Waarom heb ik dat zo gedaan?
Iedereen kan in dit stuk iets zingen dat-ie mooi vindt en dus echt bij hem of haar zelf hoort. Dat kan voor iedereen afzonderlijk maar ook voor het koor als geheel een spannende, nieuwe manier van repeteren en uitvoeren opleveren. Een manier die hopelijk ook een nog persoonlijker muzikale ervaring geeft. En die vooral ook de communicatie tussen de koorleden onderling en met het publiek versterkt…